de golven, waarin afdrukken van alle
schepen die aanlegden te zien zijn, en die
klotsend dit beeld uitslijten in de kade:
Een kogge drijft richting kant, een tros
ploft op de kade, een jongen bindt
de stad aan de lading.
Het laken dat de kou buiten houdt,
zout dat het rotten van ons vlees
tegengaat, hout dat het vallende dak
ondersteunt en wijn, veel wijn,
om er niet aan te hoeven denken dat
we dit ook allemaal weer kwijt raken,
verder op het water wachten mannen
met tussen hun tanden blinkende messen.
Willen we onszelf lossen, dan zullen
we ons in de golven moeten werpen.
Voor Boekenweek 2013
© Tim Pardijs, stadsdichter van zutphen